(De winnende goal gezien vanuit ons vak: zie filmpje)
In deze rubriek gaan we telkens, soms via een omweg, op één of andere manier op zoek naar 'de ziel' van het voetbal. Deze keer volgden we de spectaculaire promotiestrijd van het bij ons zo geliefde Grimsby Town, aanvankelijk via het volgen van een illegale livestream maar uiteindelijk moesten we toch ook écht afreizen om er live bij te zijn. En we kwamen niet voor niets: de 'Mariners' wisten voor de derde keer op rij een verlenging naar zich toe te trekken en mogen zich weer officieel een member van The EFL noemen.
Door: Willy Rooyakkers
De eerste keer dat wij Blundell Park bezochten vergeten we niet snel meer. Hoewel naarmate je ouder wordt veel zaken vervagen kunnen we ons niet voorstellen dat deze herinnering ooit nog op natuurlijke wijze zal worden gewist. We namen plaats op de Pontoon Stand, daar waar de meest fanatieke fans een stoeltje claimen, en hadden bijna twee uur lang constant de tranen in de ogen staan. En dan niet van het huilen. Amusement in de overtreffende trap, John de Mol zou er iets mee kunnen doen. De mengeling van de meest hilarische verwensingen aan het adres van keepers, trainers, fans en spelers van de tegenpartij, afgewisseld met aanmoedigingen van de eigen helden en het ruw vette Humberside-zeelieden-accent…..het was genoeg om te spreken van liefde op het eerste gezicht.
Grimsby: niet veel Nederlanders zullen deze stad opzoeken. Al scrollend door websites als Visit Britain of Buro Scanbritkom je deze kustplaats ook al niet tegen. Kom je echter op ilivehere.co.uk en je geeft termen als 'deprived' (achtergesteld) of 'poor' (arm) in…..dan ineens blijkt Grimsby wel degelijk een bekende, of beter gezegd beruchte, plek in het Verenigde Koninkrijk te zijn. De bekende zanger Morrisey schreef ooit de song 'Everyday is like Sunday'…..wat gaat over een ingeslapen en verpauperde stad aan de Engelse kust. Het schijnt niet specifiek over Grimsby te gaan, Engeland heeft er een hele rits van, maar het zou zeker toepasselijk zijn geweest. 'The seaside town they forgot to bomb down', zingt de immer lichtelijk arrogante Mancunian, 'Come Armageddon, come…. '
By the way is feitelijk niet Grimsby de echte coastal town. Zoals Scheveningen tegen Den Haag aanligt geldt hetzelfde voor Cleethorpes in combinatie met Grimsby. Maar omdat de lokale voetbalhelden in het in Cleethorpes gesitueerde Blundell Park spelen en je vanaf de eretribune letterlijk de zee ziet mogen we best zeggen dat Grimsby Town uit een badplaats komt.
Het stadion is een 'gem' (verborgen juweeltje) voor de ouderwetse Groundhopper, een hobbyisme dat in Nederland de laatste decennia extreem populair is geworden. Vroeger keken we jaloers naar een sporadische samenvatting vanuit een Engels voetbalstadion….tegenwoordig trekken er bijna dagelijks ontelbare landgenoten naar de overzijde van het kanaal om 'erbij' te zijn.
BLUNDELL PARK
Toch blijft een bezoekje aan Blundell Park speciaal, al is het maar omdat de fans van Grimsby erg authentiek zijn en het onderkomen van een ook in Engeland uitstervend soort. Gelegen op vier straathoeken van rijtjeshuizen en tussen alle kieren en poriën door naar voetbal ruikend. Behalve dan in de toiletgroepen, deze kun je beter niet bezoeken zonder wasknijper op je neus. Maar ook dat heeft weer zijn charmes.
Anyway, we dwalen af. We zijn deze keer helemaal niet in Grimsby of Cleethorpes maar in Londen. Een groter contrast is zelfs in Engeland ondenkbaar. Het verpauperde Grimsby, behorend bij de armste steden van het land, tegenover de hoofdstad waar vooral in het echte centrum de miljoenen over tafel vliegen alsof het Bukka Pies (voor de Engelse voetbalfan het equivalent van onze broodjes frikandel of kroket) zijn. Eens was Grimsby overigens welvarend maar doordat de EU enkele decennia terug de geoorloofde visvangst (quota) ernstig limiteerde……heeft de lokale economie een enorme opdoffer gehad. De werkloosheid is opgelopen tot ongekende hoogte….veel mensen trokken weg. En wat krijg je dan, in zo'n situatie? Het voetbal, de plaatselijke trots, wordt nog belangrijker dan het daarvoor al was.
Grimsby Town degradeerde precies een jaar geleden vanuit League Two naar de National League, het vijfde niveau. De bovenste vier leagues in Engeland worden gerekend tot het professionele voetbal. De topleague is uiteraard de Premier League en daarna volgt de English Football League (EFL), onderverdeeld in het Championship, League One en League Two.
Town, zoals de fans hun cluppie afkorten, viel in 2010 al eens uit de EFL om in 2016 weer terug te keren. Het betekende een verlossend einde van zes donkere jaren voor de zo grote, trotse en trouwe aanhang van de club maar vijf seizoenen later ging het opnieuw mis. Manager Paul Hurst: "Dat we roemloos uit League Two degradeerden, zonder dat onze fans erbij waren (corona) was echt verschrikkelijk. Een extreme ervaring."
Hurst, net een half jaar terug na een eerdere periode bij Grimsby heel succesvol te zijn geweest, mocht echter blijven van de nieuwe eigenaren en kon bouwen aan een team dat snel zou moeten terugkeren. Dit seizoen verliep echter aanvankelijk eveneens vrij stroef, zeker toen men in de barre wintermaanden een flinke reeks van wedstrijden achter elkaar niet wist te winnen. Toen de lente zich aandiende had Hurst echter zijn zaakjes ineens goed voor elkaar, zijn team viel alsnog als een, eerder onoplosbaar geachte, puzzel in elkaar.
Town, voor een 'amateurclub' toch met een aardig spelersbudget van 2 miljoen euro gezegend, eindigde alsnog als 6e in de eindrangschikking en kreeg daardoor recht op deelname aan de play-offs.
ERIN BLIJVEN GELOVEN
Vanuit de National League, een loodzware competitie over 44 duels, promoveert namelijk alleen de kampioen (Stockport County) rechtstreeks. De nummer twee tot en met zeven krijgen recht op het spelen van de play-offs. De nummers twee en drie stromen pas in de halve finale in, de onderste vier spelen al een ronde eerder tegen elkaar. De hoogste geklasseerde club in de reguliere eindrangschikking krijgt automatisch thuisrecht in een knock-out systeem.
Grimsby Town moest daarom in de eerste ronde op bezoek bij Notts County, één van de oudste clubs van Engeland, waar tegenwoordig ex-Gemertspeler Ruben Rodrigues aardig wat doelpunten voor zijn rekening neemt. In het stadion van Notts County, slechts een paar honderd meter en de rivier Trent gescheiden van het onderkomen van Nottingham Forest, was hij het ook die vanaf elf meter de gastheren aan de leiding bracht. Een erg goedkoop gegeven pingel overigens maar de sterk spelende Veldhovenaar maalde er niet om. In een erg gelijk opgaand duel, bezocht door 12.000 toeschouwers, leek hij ook de matchwinner te worden maar in de 96e minuut maakte Grimsby alsnog gelijk. Vervolgens herhaalden de gasten dit kunstje in de verlenging door ook in deze toegevoegde periode tot het laatste moment te wachten om de genadeklap toe dienen: 1-2. De 2500 meegereisde Grimsby-fans waren voor het eerst, en naar later bleek niet voor het laatst de afgelopen weken, door het dolle heen. Manager Paul Hurst: "We blijven er constant in geloven, dat hebben we elkaar beloofd. Je ziet waartoe het kan leiden."
Maar goed, nummer vijf Notts County uitschakelen is één ding, maar de volgende ronde wachtte een trip naar Wrexham waar men al sinds enige tijd behoorlijk wat ambities koestert. De Amerikaanse eigenaren pompen er namelijk voor de begrippen van dit niveau aardig wat poen in. Eén van die eigenaren is overigens Hollywood-ster Ryan Reynolds. De Welshmen deden lang mee met Stockport om de titel maar eindigden uiteindelijk als tweede. De FA Trophy, zeg maar de beker voor de lagere klassen, werd wel alvast gewonnen door Wrexham. Reynolds had voor deze gelegenheid maatjes als acteur Will Ferrel en David Beckham op zijn ereterras uitgenodigd.
De thuiswedstrijd tegen Grimsby Town zou eigenlijk slechts een voorproefje voor de uiteindelijke finale in Londen moeten betekenen maar men had niet gerekend met de steeds sterker wordende formatie van manager Paul Hurst. Het collectief van Town werd met de dag hechter, het geloof sloop erin en de fans gingen dit ook meer en meer uitstralen. Niet voor niets hief men constant het lied 'All Town are we' aan, de trots keerde langzaam maar zeker terug.
Op Wrexham's Racecourse, gek genoeg de naam van het stokoude voetbalstadion, ontspon zich een thriller van ongekende weerga. Na wederom een vage strafschop, er was werkelijk niets aan de hand, kwam Town weer met 1-0 achter maar al gauw was het rasvoetballer John McAtee die met een Bergkampiaans schot vanaf een meter of achttien voor 1-1 zorgde. Daarna ontstond er een soort van rollercoaster met opvallend veel kopgoals over en weer. Toen na 125 minuten de kruitdampen optrokken bleek Grimsby met 4-5 te hebben gewonnen, met een winnende kopstoot van aanvoerder Luke Waterfall in de laatste seconden van extra time.
'All Town are we' klonk het opnieuw massaal vanuit het zwart-wit getooide vak met 1200 away fans. Meer mochten er niet mee.
JUBILEE WEEKEND
Town dus door naar de finale in Londen. Normaal gezien wordt er dan gespeeld op Wembley maar doordat er sprake was van festiviteiten rondom de precies 70 jaar zittende Queen Elisabeth werd er uitgeweken naar London Stadium, het huidige onderkomen van West Ham United waar in 2012 de atletiekwedstrijden van de Olympische Spelen op de rol stonden. Wie wel eens in Upton Park is geweest, het oude stadion van West Ham, wordt overigens erg verdrietig van deze verhuizing. Van pure Football Culture naar een kille atletiekbak, weliswaar luxe en modern maar in niets lijkend op een sfeervol voetbalstadion.
'Wat moet dat erg zijn voor die West Ham-fans", zeggen wij tegen elkaar als we door het aanpalende uit de grond gestampte winkelcentrum lopen. We waren er dus ineens zelf bij, we konden niet anders. Grimsby Town was aan een té unieke reeks bezig om niet even lijfelijk poolshoogte te gaan nemen. Rond de middag liepen we overigens nog onbedoeld over de route van Queen's Parade in hartje Westminster….: "Waarom ligt hier zand?", vroegen we aan een knappe vrouwelijke agente: "The Queen is coming with her horses Sir, dont you know? It's jubilee weekend…"
Oh ja verrek, das waar. Vlug wegwezen dus. Nog even wat pints drinken in Soho, in pub 'The Duke of Wellington' waar je door een exacte look-a-like van George Michael vriendelijk wordt gevraagd of je wil afrekenen met plastic. Op de muren hangen borden met teksten als 'We are Queer, please respect us'.
Afval gelieve in regenboogbakken te mikken….het moge duidelijk zijn dat zelfs Rob Jetten deze zondag niet zo woke was als wij.
Toen we eenmaal bij tubestation Stratford uitstapten zagen we meer en meer Grimsby-fans. "All Town are we", was weer het eerste dat we hoorden. Zelfs in de metro zelf al. Ook was er meteen een signaal richting eventuele West Ham-fans. "We hate you West Ham, we do. We hate you West Ham, that you know."
En de koningin werd door menig zatlap blijkbaar gemist. "Where are you Queen, I am here for the Jubilee……", om vervolgens naadloos door te schakelen naar yells als "Mariners, Mariners", "Fiiiiiiiiissssshhhhhhhh. Fissssshhhhhhhhhh" en uiteraard de nieuwe klassieker 'All Town are we, all Town are we….'
Al lopend passeerden we diverse kroegen, gezien de gigantische hoeveelheid lege flessen en plastic glazen op de grond hadden hier diverse Mariners al eerder op de dag wat lichtjes lopen indrinken…..
De fans van Town bleken overigens van allerlei pluimage. Van de types die je verwacht: in trainingspak getooide bierzuipende dikbuiken/ drukke jochies met kettingen en petjes /meisjes in korte truitjes, zwaar opgemaakt (in Engeland noemen ze deze types Chavs)….maar ook keurige mannen in designerkleding, hele sympathieke gezinsvaders met kroost, huisvrouwen, opa's en oma's etc etc.
Met liefst 13- tot 15.000 in totaal waren ze in bussen, auto's en treinen naar Londen afgezakt. Nogmaals: vijfde niveau he. En een kaartje kostte gewoon vijftig euro.…..en in Londen is alles tig keer zo duur als in Grimsby. En dan was het ook nog eens Jubilee Weekend: extra druk en nog eens een tikkie more expensive.
FANATIEKE HUISVROUWEN
Maar toch waren ze er wéér. Maar wat jammer dat het dus in London Stadium moest worden afgewerkt, een sfeervol typisch Engels stadion met een capaciteit van 30- tot 40.000 zou veel beter zijn geweest. Tegenstander Solihull Moors, gelegen in Birmingham, bracht amper een paar duizend fans mee. Sommige van hen waren getooid in Peaky Blinders-shirt, dat was dan weer wél leuk. Deze razend populaire Netflix-serie speelt zich immers af in het Birmingham van ongeveer 100 jaar terug.
Buiten het stadion, echt zo'n nieuwbouw gedrocht maar wel logistiek geheel verantwoord, stonden allerlei tentjes om te eten en te drinken. De grappigste vonden wij toch wel 'The Tipsy Farmer'…..uiteraard viel daar wat vloeibaars te nuttigen. Het moet gezegd dat er alles aan gedaan was om de fans van West Ham United zich wat meer thuis te laten voelen. De prachtige Claret and Blue kleuren van de club zijn overal te zien….evenals het logo en de vette letters WEST HAM UNITED boven de hoofdingang. En er is een speciale Bobby Moore Stand, genoemd naar de legendarische aanvoerder die in 1966 ook captain was van het Engeland dat destijds wereldkampioen werd. Toch doet het allemaal wat gekunsteld aan, helemaal ook omdat je vooral achter de doelen zo ver van het veld afzit dat je een verrekijker nodig hebt om de spelers te herkennen.
Maar goed, we waren er voor Town. Uiteindelijk zouden bijna 23.000 fans zo'n 40% van de totale capaciteit innemen, de sfeer was desalniettemin uitstekend. En dat vooral door de uitzinnige Town-fans. Wij zaten tussen voornamelijk families, kinderen, oma's en huisvrouwen maar zeker laatstgenoemde groep liet zich eveneens verrassend fanatiek horen tijdens de wedstrijd.
Zo klonk het al gauw: "That's a penalty, you fucking bastard". We vroegen ons af hoe deze persoon dat kon zien want het gebeurde bij de meest ver weg staande goal. Dan moest je toch echt laserogen bezitten. Later zagen we op televisie dat er inderdaad sprake was van een strafschop, de wederom uitblinkende McAtee werd op zijn standbeen getrapt. Town was in de eerste helft zichzelf niet, Paul Hurst verklaarde na afloop niet voor niets het volgende: "In the first half we didn't play the match but we played the occasion."
Mooi gezegd. Zo'n trainer, die zoiets zegt, die moet er toch bijna wel verstand van hebben toch? Vlak voor rust knikte de 205 centimeter metende Kyle Hudlin de niet eens onverdiende 0-1 binnen voor Solihull. Town koesterde daarvoor wel het meeste balbezit maar de snelheid van passing was te laag, te voorzichtig, om Solihull echt in gevaar te brengen. Na de pauze, spelend naar ons toe, echter een ander Town. Alle schroom werd overboord gezet, er werd ouderwets met het hart gespeeld en dat stak het vuurtje onder de volledig losgeslagen fans nog verder aan. Toch duurde het tot twintig minuten voor tijd voordat McAtee (in de eerste helft een steekbal tussendoor gevend van De Bruyne-achtige klasse) met een prima loopactie de zestien meter indook en op maat werd bediend door de eveneens sterk spelende Ben Fox waarna de aanvallende middenvelder diagonaal binnenschoof en London Stadium liet ontploffen: 1-1.
Het hek was van de dam, van elke vorm van organisatie op het veld bleek geen sprake meer. Town gooide alles open, naar voren geschreeuwd door de fans, ging vol voor de tweede goal. Solihull kreeg daardoor enkele open kansen in de tegenstoot maar onder meer door de prima keepende Max Crocombe, de nationale doelman van Nieuw Zeeland, ontsnapten de mannen van Hurst aan deze telkens op de loer liggende koude douche.
NOODAGGREGATEN
Town haalde de verlenging, de derde op rij in twaalf dagen tijd, en sprak de zoveelste lading noodaggregaten aan. Maar heel belangrijk: het geloof was er dus. Zowel bij spelers, staf, fans als de achtergebleven mensen in Grimsby en Cleethorpes. 'All Town are we', klonk het dan ook weer eens uit duizenden schorre kelen. Dit was de dag, hun cluppie ging ze weer eens apetrots maken. We zagen amper nog iets want als Town in balbezit kwam dan sprong de huismoeder van drie kinderen, recht voor ons zittend, telkens meteen energiek op. Het vingertje naar voren wijzend, niet meer tot bedaren te brengen. 'Come on Town……" Hoe ze daar overigens 'Town' uitspreken….dat is voor ons niet na te doen. Daar moet je toch echt die aangeboren Humberside-tongval voor bezitten. Ventjes van vier jaar oud, talrijk aanwezig in ons vak, hadden er echter weinig moeite mee. De opvolging is alvast geregeld……
Naar schatting zo'n vijf minuten voor tijd, zeg maar rond de 115e minuut dus, kwam er weer een lange ingooi waar Jordan Cropper zich mee bemoeide. Deze Cropper had ook Wrexham en Notts County al voor grote problemen gesteld door telkens iedere inworp binnen dertig meter van het doel als een corner in the box te strepen. Solihull-coach Neil Ardley had echter goed gekeken en zette telkens een hele lange speler in de baan van de worp, vlak voor de plek waar het echt gevaarlijk kon worden. Dat werkte goed maar nu was het juist die lange speler die onbedoeld achterover kopte en daardoor de ingevallen Jordan Maguire-Drew bij de tweede paal in staat stelde om de 2-1 binnen te poken. Het twitteraccount van GTFC had het over 'another Cropper Bomb into the box'….haha.
Het voor Grimsby Town zo kenmerkende pandemonium was vervolgens compleet in- en rondom het veld……dit kon en ging niet meer mis. Town is weer lid van de EFL en is daar ontzettend trots op. Twee dagen later volgde een heuse feestelijke optocht met een open dubbeldekker door de straten van de stad.
Wij maakten dat niet meer mee, het moest niet te gek worden. Dat we volgend jaar echter Blundell Park gaan bezoeken, als Town in League Two speelt, is bijna wel een zekerheidje, "All Town are we", voor even weer massaal trots op de club en de stad. Als je er maar oprecht massaal in gaat geloven dan is er veel mogelijk.